


året runt i Herrö – het jaar rond in Herrö
en översikt över årtidens ändringar – een overzicht van de seizoensveranderingen
Thijsse schrijft over de ‘blauwe boschbes’: ‘Elders is de grond donkergroen van de boschbessen. De roomkleurige, klokjesvormige bloempjes bleven in Mei en Juni misschien onopgemerkt, maar des te beter weet ge nu de blauw berijpte bessen te vinden. ‘t Is een genot, ze bij handen vol in te zamelen, om ze dan onder het wandelen op te peuzelen zonder zorg voor blauwe tanden of paarse lippen.’
Dàt doen we dus. Over de roode boschbessen (de Zweedse lingon): ‘de glimmend groene blaadjes blijven ‘s winters aan de plant, de witte bloempjes zijn even mooi als lelietjes van dalen en de roode bessen brengen een vrolijke kleur op den somberen boschgrond’ ‘Maar het grootste buitenkansje,’ volgens Thijsse, ‘is toch het vinden van een ongerept plekje wilde frambozen…’ die je hier veel meer ziet dan in Nederland. En dan met name op ‘verwaarloosde’ plekken als bermen en tussen ‘houtopslag’ in de tuin.
Toch blijven de bosbessen, zowel de blåbär als de lingon, de kroon spannen. Zelfs met professionele bessenplukkers uit Roemenië en de gehele Zweedse volksstam die bessen plukt raakt het nooit op. Heerlijk zijn ze (de blauwe dan vinden wij). In pannenkoeken, bij vlees, op een taart, in muffins. En door de kwark, daar plukten we ze vorig jaar voor. Want fruit is duur in Zweden en zeker in de wintermaanden, al dat bosfruit maakt dat men vroeger en nu dus nog redelijk gezond de winter doorkwam/-komt. Zweden maken er vooral sylt (dunne jam) en saft (sap) van, nog gemakkelijker houdbaar, maar eerst liggend ‘los’ invriezen en dan in zakken bevroren bewaren gaat dus ook prima.
Vorig jaar plukten we ruim 12 kilo (meest blauwe bessen, wat aalbessen en hier en daar een framboos). Daarvan was bijna 9 kilo op toen we op 11 juli de eerste blauwe bosbessen weer ‘des te beter wisten te vinden’. Dit jaar wat minder plukwerk.
Na de eerste blåbär volgden al snel de aalbessen en op ‘t nippertje in juli de eerste framboos. Ook alweer gezien: de eerste hjortron. In het Nederlands kruipbraam, gele bosbraam, veenbraam of bergbraam, tot groot plezier van veel Zweden, maar wij vinden ze niet te eten. Èn de eerste paddestoel! De stenmurkla oftewel ‘voorjaarskluif’. Ook vallen de eerste blaadjes al van de bomen! Het is tussen de warme dagen door dan ook al èrg koud geweest. De nachtvorst overzichten worden weer getoond in ‘Rapport’ (het Zweedse journaal, zie vorig artikel).


Verder eten we weer ‘groen-uit-de-tuin’: vooral brandnetels en paardensla (na de deceptie van het herderstasje).
Thijsse schrijft bijna een hele pagina, lyrisch, over brandnetels: ‘eigenlijk een mooie, voorname plant met vierkante stengels en kruisgewijs geplaatste bladparen, bladeren die zuiver van vorm zijn en mooi gezaagd aan den rand’.
‘Ieder weet, dat de stengels en bladeren van den brandnetel bezet zijn met kleine stijve haartjes, die gemakkelijk een zachte huid doorboren. Dan breekt de punt er af en uit het holle haar komt vergif in ‘t wondje, dat eenigen tijd een onaangenaam gevoel veroorzaakt. Op deze wijze verdedigt de brandnetel zich tegen menschen en de groote zoogdieren, maar insecten en slakken bekommeren zich er niet om.’ Nou ‘ons groot zoogdier’ ook niet, want als ze last heeft van haar maag dan eet Moose heel bewust brandnetels; of de bladeren nu haar lippen of ogen raken: het doet haar niets!
Ferd denkt over het maken van bemesting voor de aardappels met brandnetels, maar op dit moment loopt een experiment met bananenschillen in water, wat ook goede (kalium)-voeding moet leveren.
En ja… waar iedereen het altijd over heeft als ‘t over Zweden gaat: DE MUGGEN ZIJN ER WEER! De eerste muggenbeet was op 7 juni en Ferd was de winnaar dit jaar. Naast muggen ook steekvliegen. Vervelender want veel vasthoudender. Een steekvlieg kan je ‘opwachten’ als je onder water duikt of achtervolgen vanaf het meer tot aan huis. Anti-mug lijkt ze ook niet te deren. Voordeel wèl dat ze groter zijn en dus gemakkelijker te ‘raken’. Daarbij: met minder in aantal dan mug of knut. Want ook die allerkleinsten zijn er weer: knutjes, officieel ‘svidknott’ maar op z’n goed Jämtlands: smasvadon. Je ziet ze bijna niet, maar voelt ze des te beter.
Toch vinden wij het wel meevallen al die steekbeesten: geen horrorverhalen. Het is net als regen in Nederland: het varieert over de dag. Ook geeft wonen op een berghelling het voordeel van wat vaker wind: dan waaien ze lekker weg. Verder open grastuin, dus dat wegwaaien gaat lekker makkelijk en geen stilstaand water in de buurt. Blijft dat we voor knutjes wel eens naar binnen gaan. Wandelen met Moose doen we niet zonder anti-mugspray op zak want dat ze hier bij het huis niet zijn geeft geen garantie dat ze 300 meter verder wel rondhangen. Het enige wat ik me altijd afvroeg was: waar leven al die stekers van als er toevallig geen mens, hond, eland, beer in de buurt is? Gelukkig is er wikipedia: lang niet alle soorten drinken bloed van ‘gewervelde dieren’ – blijkbaar maakt ons skelet ons zo lekker- een deel leeft van insectenbloed en de meesten van nectar.
Verder vul ik mijn zomer als ‘sommarvikarier’: zomerinvaller op de afdeling waar ik ook mijn stage liep. Fijn om met meer verschillende mensen daar te werken: ik kan nu van iedereen iets positiefs oppikken. Ferd is druk met zijn eigen werk en het onderhouden van huis en gaard. En daarbuiten: GROOTS GENIETEN van al wat Herrö en omgeving te bieden heeft:








3 juni: bezoek Peter en Truus; 28 juni stortbuien, de oprit spoelt naar beneden de tuin in; Moose kan inmiddels heerlijk los in de voortuin, gaat lekker haar gang, ligt te doezelen in de zon, begraaft kauwbotten of kijkt waar het gras groener is… Projekt Ferd: nieuwe plankjes onder de bollen bij het trappetje naar de voordeur.
2e rij: langs Härjulfsvägen, kunst in de berm? 20 juni: project Ferd: vering vervangen van de VW, was nodig… Van deze zweefvliegen?? hebben we een paar weken flink last, niet kunnen vinden wat het is en tot slot 21 juni illegale stort anno 1798.




9 juli: eerste en laatste foto in de rij: bezoeken we Rien en Joke die met de zeilboot liggen in Myggenäs op eiland Tjörn aan de westkust boven Göteborg. Lager een foto van zeiltocht die Rien en Ferd maakten. Zo gezellig. ‘s Avonds barbeque op de steiger. Waterlelie op wandeling met Moose 6 juli, hieronder een overzichtsfoto – mooi Zweden is deze keer een meertje in de bergen langs de weg naar Mosätt. 18 juli: zonsondergang boven Amsterdam: Ferd is een weekje voor zijn werk in Nederland en logeert met Moose (zie onderste foto) bij Arjan en Carla (en Maddy!).









Weer heel wat geleerd over de Zweedse bessen. Het vrije bessen plukken in de bossen is in Zweden erg gewild voor jams en vruchtendrankjes. Weer bedankt voor een uitgebreid verslag.
Hoe heerlijk!!! Nog n kleine tip tegen ongedierte(in ieder geval de Nederlandse) een witte boterham met azijn neerzetten of iets met lavendel, schijnen insecten weg te houden.
Werkt het niet? Jammer dan!!